Op 30 maart 2018 had de ministerraad het amendement goedgekeurd dat voorzag in een carve-out voor leasing- en factoringmaatschappijen voor wat betreft de interestaftrekbeperking zoals voorzien in de ATAD richtlijn (RICHTLIJN (EU) 2016/1164 VAN DE RAAD van 12 juli 2016 tot vaststelling van regels ter bestrijding van belastingontwijkingspraktijken welke rechtstreeks van invloed zijn op de werking van de interne markt).
De bedoeling was dat de ATAD richtlijn in werking zou treden vanaf aanslagjaar 2021 (boekjaar 2020).
Op 2 juli 2020 heeft de Europese Commissie een ingebrekestelling verzonden op grond van een mogelijke onverenigbaarheid van de omzetting in Belgisch recht van Richtlijn (EU) 2016/1164 van 12 juli 2016.
In de ingebrekestelling heeft de Europese Commissie vastgesteld dat België ervoor heeft geopteerd om financiële ondernemingen van het toepassingsgebied van de interestaftrekbeperking uit te sluiten.
Krachtens artikel 198/1, § 6, 15° en 16°, WIB 92, werden immers vennootschappen, waarvan de enige of hoofdzakelijke activiteit bestaat uit de financiering van onroerende goederen via de uitgifte van vastgoedcertificaten, en ondernemingen gespecialiseerd in financieringshuur of de vennootschappen waarvan de voornaamste activiteit bestaat uit factoring van het toepassingsgebied uitgesloten.
Hierbij heeft de Europese Commissie opgemerkt dat bovengenoemde ondernemingen geen deel uitmaken van de in artikel 2, lid 5, van Richtlijn (EU) 2016/1164 genoemde financiële ondernemingen.
Als gevolg van deze ingebrekestelling vervalt de carve-out voor leasing- en factoringmaatschappijen.